Functieprofiel voorzitter

De voorzitter DB is niet per definitie de slimste of de handigste en ook niet altijd de beste prater.
Het is wél degene die het beste kan weergeven wat de organisatie kan of wil. Het leiden van uiteenlopende groepen is eerder een kwestie van organiseren dan van het hebben van specifieke eigenschappen. Leiderschap is uiteindelijk de kunst om alle mogelijkheden die in mensen zitten zo goed mogelijk te gebruiken. Leidinggeven betekent ook niet dat men alles zélf moet doen. Het gaat eerder om het scheppen van voorwaarden en kaders waarbinnen de groep zelfstandig kan functioneren. De voorzitter DB is liever de spin in het web dan de baas van de organisatie.

Taken en verantwoordelijkheden van de voorzitter DB

  • Het coördineren van- en leiding geven aan de organisatie.
  • Het op de hoogte blijven van relevante ontwikkelingen en het van daaruit inspireren van bestuursleden om deze ontwikkelingen te volgen en toe te passen.
  • Het stimuleren van samenwerken binnen- en tussen afdelingsbesturen en met het DB.
  • Het bemiddelen bij situaties waarin meningsverschillen bestaan over het doel van de organisatie of over de manier waarop dat doel bereikt kan worden.
  • Het onderhouden van de communicatie met de afdelingen, met de gemeente en met andere organisaties.
  • Het zowel naar vrijwilligers en deelnemers als naar buiten toe representeren van de organisatie
  • Het leiden van vergaderingen van het DB.
  • Het samen met de secretaris DB opstellen van de agenda voor vergaderingen met het AB.
  • Het voorbereiden van besluiten die aan het AB moeten worden voorgelegd.
  • Het toezicht houden op de juiste uitvoering van besluiten, statuten en huishoudelijk reglement.
  • Het afleggen van volledige en tijdige verantwoording aan het AB en aan subsidieverstrekkers d.m.v. beleids- en werkplannen, jaarverslagen en jaarrekeningen.

Kennis en vaardigheden
De voorzitter is sociaal vaardig en heeft affiniteit met het ouderenwerk. Hij/zij voelt binding met de organisatie en beschikt over organisatiekennis en het vermogen tot samenwerken. Hij/zij heeft leidinggevende capaciteiten en bestuurlijke ervaring. Hij/zij is in staat in grotere verbanden te denken en beslissingen te nemen. Hij/zij is flexibel, stressbestendig, neemt initiatieven en is doortastend. Hij/zij heeft goede contactuele eigenschappen en uitdrukkingsvaardigheden. Hij/zij heeft ervaring met onderhandelen en met conflicthantering.